De uitdrukking Hogepriesterlijk gebed

 

Waar komt de uitdrukking "hogepriesterlijk gebed" vandaan?

 

2008-12-31 oftewel 31 dec 2008

 

Hè hè, eindelijk weet ik het, of tenminste, neem ik aan dat het onderstaande het antwoord is.

 

Al jaren hoor ik af en toe de uitdrukking "hogepriesterlijk gebed" gebruiken, zoals in lezingen, ook op congressen, en dan wordt gedoeld op Johannes hoofdstuk 17.

 

En al jaren vraag ik me af wat de oorsprong van die uitdrukking is, en heb ondanks zoeken die uitdrukking nooit in de lectuur kunnen vinden.

 

Ik weet het, het is totaal geen belangrijk punt, maar telkens als je die uitdrukking hoort gebruiken komt natuurlijk dezelfde vraag weer naar boven.

 

Gisteravond sprak ik een broeder bij ons in de zaal die dit verleden week had gebruikt, en vroeg hem of hij wist waar hij die uitdrukking vandaan heeft. Hij wist het niet, ik vertelde hem bovenstaande, en hij begreep dat ik me afvroeg of die uitdrukking misschien niet uit de lectuur komt (ook via de cd-rom, zowel Engels als Nederlands, niets over te vinden) maar misschien uit Babylon de Grote.

 

Precies, dat vraag ik me af.

 

En daardoor kwam ik op het idee om nu niet in de lectuur te zoeken, maar eens te kijken of die uitdrukking "hogepriesterlijk gebed" misschien in Babylon de Grote bekendheid geniet. Nou, dat was niet moeilijk! Inderdaad, overal is deze uitdrukking bekend, zowel bij Katholieken als Protestanten.

 

Het enige wat nog lastig was te achterhalen is waarom deze uitdrukking wordt gebruikt i.v.m. Johannes hoofdstuk 17. Het antwoord staat hieronder als eerste [1.] van de aanhalingen.

 

Blijkbaar gaat men er in Babylon de Grote van uit dat Johannes 17:19, waar Jezus zegt "En ik heilig mij ten behoeve van hen", het moment zou zijn waarop Jezus zichzelf heiligt als hogepriester, als vervulling van de profetieën daarover die in Jezus hun vervulling vinden, en ook dat hij dit gebed in functie van hogepriester uitspreekt.

 

Welnu, in alle lectuur waar de indexen naar verwijzen vanaf 1954, die een rechtstreekse aanhaling doen van dit gedeelte van vers 19, heb ik geen enkel commentaar kunnen vinden dat ook maar enigszins in deze richting wijst. Misschien stamt het nog uit de tijd van broeder Rutherford of Russel.

 

Wel, ondertussen gezocht naar de (in het Engels) uitdrukking "high-priestly prayer" in alle Wachttorens en boeken vanaf 1879, en in totaal ben ik die uitdrukking tweemaal tegengekomen in Wachttorens uit 1921,  eenmaal in 1922 en eenmaal in 1923, dus totaal vier maal. Nooit meer daarvoor of daarna, behalve eenmaal in De Wachttoren van 1905, maar dan in een aanhaling van ene dominee A. Storcker, toenmalig lid van de Duitse Reichstag, die een artikel schreef in de kolommen van Das Volk, over een mogelijke eenwording of minstens toenadering tussen Katholieken en Protestanten, welke broeder Russel in 1905 voldoende interessant vond om in De Wachttoren af te drukken.

 

Het lijkt er dus op dat, net zoals wel vaker voorkomt met (ondertussen achterhaalde) gedachten uit de lectuur uit de tijd van broeder Rutherford die nog steeds een 'eigen leven' leiden, dat dit ook het geval is met dit onderwerp.

 

Ook in die gevallen dat de uitdrukking in De Wachttoren is gebruikt, is deze niet verklaard of uitgelegd, of enige reden voor de uitdrukking gegeven. Het lijkt er dus op dat deze uitdrukking inderdaad uit Babylon de Grote is gekomen, en ooit een enkele keer is voorgekomen in onze lectuur.

 

De reden die de christenheid volgens haar opgave gebruikt om Johannes hoofdstuk 17 "het hogepriesterlijk gebed" te noemen, is in ieder geval onjuist, omdat Jezus niet pas tijdens het uitspreken van het in Johannes hoofdstuk 17 opgetekende gebed zijn ambt als hogepriester aanvaard of begint uit te oefenen, maar hij sinds 29 G.T. behalve als koning ook tot hogepriester is gezalfd, en natuurlijk niet pas op de avond van 14 Nisan van 33 G.T. toen hij dit gebed uitsprak.

 

Het boek "Het herstel van het Paradijs voor de mensheid — door de Theocratie!" [pm] zegt bijvoorbeeld op blz. 86-87 par. 26-27:

            "Dit zinnebeeldig voorstellen van de werkelijkheden duurde voort totdat Jezus, de Zoon van God, in 29 G.T. in water werd gedoopt en met Jehovah’s geest werd gezalfd om de beloofde Christus of Messías te zijn. — Matth. 3:13-17; Joh. 1:29-34.

            Sinds die gebeurtenis begon Jehovah’s geestelijke tempel meer te hebben dan slechts een voorafbeelding ervan in Jeruzalem. Vanaf die tijd werd de tempel inderdaad een realiteit doordat Jezus met Gods geest werd gezalfd tot „hogepriester naar de wijze van Melchizédek” (Hebr. 6:20; Ps. 110:4)."

 

Tot zover deze samenvatting van een kleine speurtocht.

 

 

Uit De Wachttoren [Engelse uitgave]:

 

w 1921, Febr. 1, page 38, par. 9:

 

 

w 1921, July 15, page 218, par. 0:

 

 

w 1922, Nov. 1, page 337, par. 10 [“hoge-priesterlijke woorden in Johannes 17”]:

 

 

w 1923, Febr. 15, page 61, par. 6 [“hoge-priesterlijke dienst”]:

 

 

w 1905, April 1, page 100, par. 17 [aanhaling uitspraak dominee en lid Duitse parlement]:

 

 

Enkele AANHALINGEN uit diverse religieuze bronnen:

 

[1.]            http://www.iclnet.org/pub/resources/text/nederlandse/philpot-hogepriester.html

 

En er was [...] Zijn bijzondere toewijding en heiliging van Zich zelf tot Zijn lijdens- en stervenswerk, toen Hij zei: »En Ik heilig Mij zelf voor hen" (Joh. 17: 19); dat is, Ik wijd Mij zelf toe en heilig Mij zelf als een offeraar en als een offer. Dus kunnen wij het tijdstip, waarop de Heere Jezus Christus meer bijzonder tot de uitoefening van Zijn priesterambt 'overging, stellen in dat hogepriesterlijk gebed, hetwelk Hij opzond (Joh. 17).

 

[2.]            http://nl.wikipedia.org/wiki/Het_Hogepriesterlijke_Gebed

 

 Het hogepriesterlijke gebed is de benaming van het gebed dat Jezus Christus tot zijn Vader bidt, op de vooravond van zijn arrestatie die tot zijn kruisdood zou leiden. De tekst van het hogepriesterlijk gebed is te vinden in het Bijbelboek Evangelie naar Johannes, om precies te zijn hoofdstuk 17.

In dit gebed spreekt Jezus onder meer over de eenheid van Hem met zijn Vader, en waarin hij bidt voor eenheid onder de christenen. Het hogepriesterlijk gebed wordt beschouwd als een "voorbede", ofwel een gebed dat ten doel heeft om iemand anders te helpen. Het gebed wordt "hogepriesterlijk" genoemd, doordat hogepriesters beschouwd werden als middelaars tussen God en de mensen. Jezus wordt binnen het christendom beschouwd als de ultieme middelaar.

 

[3.]            http://www.hetlichtdeslevens.nl/studies/internetbijbelstudie/internetbijbelstudie_19.html

 

    Men heeft Johannes 17 weleens "het grote heiligdom" van het evangelie van Johannes genoemd. Dit gebed noemt men "het Hogepriesterlijk gebed". In dit gebed beleven wij als het ware dat de Here Jezus als de grote hogepriester alleen het heiligdom binnengaat om er te bidden. In grote priesterlijke bezorgdheid en bewogenheid spreekt Hij met de hemelse Vader. Hij bidt alleen. De discipelen luisteren. Met open ogen (:1) bad de Heer, alsof Hij direct naar de hemel keek. Dit gebed is als een afsluiting van Zijn aardse werkzaamheden.

 

[4.]            Een boek uit protestants-gereformeerde bron

 

 

 

[5.]            Een katholieke bron

 

Einde aanhalingen